Gemeentefusie
Sinds 1812 zijn er maar een paar gemeenten (toevallig in het zuiden allemaal), waarvan de grenzen nooit zijn veranderd. In die tijd waren er 1245 gemeenten en binnenkort hebben we er in Nederland nog zo’n 400. Gemeentelijke fusies zijn van alle tijden, en het proces is nog niet afgerond. Gemeentelijke fusies zijn nooit een doel op zich geweest en dat geldt ook voor de herindeling, waar Alphen aan den Rijn en de buren Boskoop en Rijnwoude midden in zitten.
Afgelopen vrijdag hebben de drie colleges van Burgemeester en Wethouders de stand van zaken met elkaar besproken. Vooral de manier, waarop we in het fusieproces met elkaar optrekken is goed onder de loep genomen. En de beeldvorming, die over en weer nog al eens verstorend op een goede gang van zaken inwerkt, is ook niet onbesproken gebleven. “Zij daar in Alphen aan den Rijn denken dat ze het allemaal zo goed weten en wij moeten maar naar hun pijpen dansen” en “ In Rijnwoude en Boskoop moeten ze ophouden met dat Calimero-gedrag; we houden echt op alles in te leveren” . Tja, ambtenaren en bestuurders, het zijn net mensen.
In ons open overleg hebben we geconstateerd, dat we in de kring van de colleges en in de Stuurgroep voor de fusie fouten hebben gemaakt. En soms verkeerde inschattingen. En dat we na hebben gelaten steeds even open met elkaar alle informatie te hebben uitgewisseld. Op zich in een grote reorganisatie als een gemeentelijke herindeling is, is dat niet zo gek. Er vallen nu eenmaal spaanders waar gewerkt wordt. Maar samen met de eerdere beeldvorming kunnen die fouten ernstige gevolgen hebben voor het vertrouwen in elkaar. Die erkenning hebben we gedeeld en afspraken gemaakt om daar hard aan te werken en fouten te vermijden. Ook hebben we het leiderschap in de fusie besproken.
Leiderschap is belangrijk bij zo’n ingewikkeld proces. Zoals de hoogleraar Gabriël van den Brink onlangs in zijn bijdrage in het boek Gezagsdragers aangaf, is leiding niet meer een eenvoudige kwestie van aanwijzingen geven op basis van macht en positie. De colleges van B. en W. hebben te maken met de democratisering van gezagsuitoefening. De verhoudingen zijn niet meer: baas boven baas. En het gaat vandaag de dag om het verdienen van gezag door persoonlijk optreden (individualisering) . Bovendien gaat het steeds meer om professionaliteit van het leiding geven. Binnen de colleges zijn we ons ervan bewust, dat deze drie elementen van gezag, zoals door van den Brink is omschreven, ook belangrijk zijn voor onze voorbeeldfunctie naar andere deelnemers in het fusieproces, zoals de gemeenteraden en de ambtenaren.
Zoals mijn collega van Boskoop het zo fraai uitdrukte: alleen ben je sneller, maar samen kom je verder. Met de fusie willen we bereiken dat er een sterke gemeente komt in het Groene hart, die het verschil kan maken. En die uitgaat van de kracht van de verbinding van stad en platteland, van de eigenheid van de dorpen en de stad. We willen echt een behoorlijke stap verder. En dat kan door in vertrouwen met elkaar te werken en leiderschap te tonen. De colleges van Rijnwoude, Boskoop en Alphen aan den Rijn zien, in de lange traditie van gemeentelijke fusies in Nederland, vanaf het begin van de 19e eeuw, de kans om van de onze een heel goede te maken.